Wat is de islam?
Het woord “islam” betekent letterlijk: redding bereiken, zich overgeven en onderdanig zijn. In algemene zin is islam de gemeenschappelijke naam voor alle godsdiensten die door de Almachtige Schepper, Allah, vanaf de eerste mens en profeet Adam naar de mensheid op aarde zijn gestuurd om hen naar de waarheid te leiden. In specifieke zin is het de naam van de laatste religie die door Allah aan de laatste profeet Mohammed is geopenbaard en die geldig zal blijven tot de Dag des Oordeels. Het basisprincipe van de islam is dat een persoon uit vrije wil, zonder enige dwang, het bestaan en de eenheid van Allah accepteert en zich houdt aan Zijn geboden en verboden. De profeet van de islam is Mohammed, en zijn heilige boek is de Koran.
De islam volgens de hadiths
Omar ibn al-Khattab (moge Allah tevreden met hem zijn) zei:
“Op een dag zaten wij bij de Boodschapper van Allah (vrede en zegeningen zij met hem), toen er een man bij ons kwam met zeer witte kleding en zeer zwart haar. Er waren geen tekenen van een reis op hem te zien en niemand van ons kende hem. Hij ging tegenover de Profeet zitten, plaatste zijn knieën tegen die van de Profeet, legde zijn handen op zijn dijen en zei:
– O Mohammed, vertel mij over de islam!
De Boodschapper van Allah (vrede zij met hem) antwoordde:
– “De islam is dat je getuigt dat er geen god is behalve Allah en dat Mohammed de Boodschapper van Allah is, dat je het gebed verricht, de zakat (armenbelasting) betaalt, vast tijdens de maand ramadan en – als je daartoe in staat bent – de bedevaart (hajj) naar de Ka’aba verricht.”
De man zei: – Je hebt de waarheid gesproken.
Wij waren verbaasd dat hij vroeg én de antwoorden bevestigde.
Daarna zei hij: – Vertel mij nu over het geloof (iman).
De Profeet zei:
– “Dat je gelooft in Allah, Zijn engelen, Zijn boeken, Zijn profeten, de Laatste Dag, en dat je gelooft in de voorbeschikking, het goede en het slechte daarvan.”
De man zei weer: – Je hebt de waarheid gesproken.
Toen vroeg hij: – Wat is ihsan (geestelijke perfectie)?
De Profeet antwoordde:
– “Dat je Allah aanbidt alsof je Hem ziet. En zelfs als je Hem niet ziet, weet dan dat Hij jou ziet.”
De man zei opnieuw: – Je hebt gelijk, en vroeg toen:
– Wanneer is het Uur (de Dag des Oordeels)?
De Profeet zei:
– “Degene die gevraagd wordt, weet daar niet meer over dan degene die vraagt.”
De man zei: – Vertel mij dan de tekenen ervan.
De Profeet zei:
– “Dat een slavin haar meester baart, en dat arme, blote, op blote voeten lopende herders elkaar zullen overtreffen in het bouwen van hoge gebouwen.”
Daarna vertrok de man. Ik bleef enige tijd stil. Toen zei de Boodschapper van Allah:
– “O Omar, weet je wie die man was?”
Ik zei: – Allah en Zijn Boodschapper weten het het beste.
Hij zei:
– “Dat was Djibriel (Gabriël); hij kwam om jullie jullie godsdienst te onderwijzen.”
(Overgeleverd door Muslim, Imaan 1, 5. Zie ook: Bukhari, Imaan 37; Tirmidhi, Imaan 4; Abu Dawud, Soenna 16; Nasa’i, Gebedstijden 6)